Het regent op weg naar het theater. Glimmende reflecties op de straat Dat je zo dicht bij je eigen huis nog kan verdwalen. Een brug over, de weg vragen aan iemand die medicijnen bezorgt, tegen de richting in gaan om in een zijstraat van een zijstraat van een zijstraat een toegangsdeur te vinden. Eenmaal binnen volg je gangen en trappen en bochten tot je uitkomt bij een kleine zaal. Nat en water, onweer, regen die tikt ,ruist en klettert, blijven als geluidsfragment een hoorbaar onderdeel van de voorstelling Zeegedichten.Op het donkere toneel valt licht op een hangende doorzichtig glinsterende lap plastic. In blauwig licht zie je verder weg een losse lap hangen en een in een cocon opgesloten figuur staan. De knieën zijn gebogen, de voeten staan scheef, armen hangen in een o- vorm voor het lichaam. Het begint met rimpelingen. Het strakke glanzende huidoppervlak van de staande gezichtsloze figuur vertoont kleine zilver en grijs gele bewegingen. In de sterker wordende uitstulpingen van de cocon zijn vaag delen van een menselijk lichaam te herkennen.
Soms de uitstekende neus, vaker handen die de huid naar buiten duwen en gebogen knieën terwijl de voeten langzaam naar voren schuifelen. De aandacht wordt vastgehouden door de traagheid van elk gebaar en door de veranderingen in de lichaamsplastiek Een wisselende toonkleur in de elektronische muziek geeft een achtergrondgeluid aan. Terwijl de figuur langzaam naar voren beweegt, worden de bewegingen zo intensief dat de cocon begint te knellen en hinderen en er een worsteling ontstaat om eruit te komen. In de voorstelling wordt de dansbeweging bepaald door de kostuums en door de omgeving. Het zich bevrijden uit de elastische cocon, de ringvormige getekende passende lichaamshuid waarin de danser zichzelf kan zijn en waarmeer groter vrijheid mogelijk is, de dynamiek als losse gefrommelde lappen rond het lichaam vallen en de eindfase met het plastic. Met grote zwaaien slaat de danser de lap om zich heen, het licht glanst op het doorzichtige plastic, lucht draagt de lap, die langzaam in elkaar zakt. De danser verdwijnt en danser en lap worden een geheel.
Zeegedichten is een kleine voorstelling van een half uur uitgevoerd door John Giskes. De voorstelling is geïnspireerd door gedichten van Baudelaire over de zee en door een deel van Herman Gorters Mei. Elektronische muziek van Rob ten Bouwhuys en geluidsfragmenten scheppen een achtergrond sfeer bij de trage dansbewegingen. Het toneelbeeld, bestaande uit een houten kist, wat pellets, hangende lappen plastic is sober en functioneel. John Giskes is beeldend kunstenaar en oprichter van bewegingstheater de Storm. In wisselende samenstelling treedt de groep op bij manifestaties, evenementen en in theaters. Er wordt onderzoek gedaan naar het samenspel tussen muziek, videoprojecties, membranen en dansbewegingen, die verwant zijn aan Butoh. De trage manier van bewegen met aandacht voor de plasticiteit van het lichaam is een van de kenmerken van Butoh. Rollen en vallen, ronddraaien, verkrampte en sidderende bewegingen, zuchten, een vertrokken gezicht met opengesperde mond zijn stijlmiddelen waarmee ontmoediging, angst, vertwijfeling worden uitgedrukt.
Butoh/ankoku butoh, dans van de duisternis.
Deze avant-garde dansvorm werd rond 1950 door Tatsumi Hijikata in Japan geïnitieerd. Het was een reactie op de heersende dansstijlen met strakke regels. Er is verwantschap met de Ausdrucktanz (emotie en gevoel geven aanleiding tot beweging) en mime. In de conventionele dans bepaalt een choreograaf welke bewegingen de danser maakt om een expressief beeld/verhaal te vertellen. De danser is voornamelijk uitvoerder van de bewegingen. Bij Butoh wordt uitgegaan van de eenheid tussen lichaam en geest. De door de danser ervaren innerlijke werkelijkheid en de interactie met omgevingsfactoren zijn belangrijke uitgangspunten voor de bewegingen die ontstaan. Er wordt gestreefd naar een natuurlijke manier van bewegen. Het lichaamsgevoel wordt daarbij niet door de spiegel of door de wens op een bepaalde manier over te komen bepaald.
Het lichaam van de Butoh danser hoeft niet de evenwichtige ideale schoonheid en de gespierdheid van een balletdanser te hebben. De expressieve mogelijkheden van de kenmerken van ziekte, van ouderdom en gebreken worden door dansers uitgebuit. Een van de bekendste dansers is Kazuo Ohno, die optrad tot bijna 100 jarige leeftijd.
De nadruk op inhoud in plaats van techniek maakt de dansvorm Butoh kwetsbaar. Het is waar dat lege virtuositeit en ijdelheid de aandacht afleiden van wat men wil zeggen. Maar een getraind lichaam, een danser die alle hoeken en gaten kent van zijn eigen lijf is een belangrijk instrument in de communicatie. Niet elke beweging is vanzelfsprekend doorleefd of boeiend. De doorsnee Hollander kan wat lomp en stug overkomen in zijn manier van bewegen. De voorstelling kent fascinerende, maar ook overbodige momenten zoals het voorlezen van de gedichten.