In een mengeling van Engels en Duits probeert Oskar Kokoschka (1886 - 1980) zijn reactie te geven, wanneer hij in Londen een schilderij van Rembrandt als oude zieke man ziet. Waterzucht, een ziek lijf, een afgetakelde man, maar zo prachtig geschilderd. Kokoschka, bestempeld als 'entartete kunstenaar', is in 1943 met zijn vrouw naar London gevlucht. In de oorlogstijd vol afbraak en vernietiging geeft het schilderij van Rembrandt hem nieuwe moed.
Op de expositie 'Mensen en Beesten' in Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam zijn een aantal portretten te zien, die Kokoschka in zijn lange loopbaan heeft geschilderd. Afgebeeld zijn mensen en dieren. Beiden bekijkt hij met een gelijke aandacht voor hun eigenheid en karakteristieke eigenschappen.
In een lang interview (gebaseerd op een gesprek voor de Duitse TV daterend uit 1966), spreekt Kokoschka over zijn belangrijkste inspiratiebronnen. Telkens opnieuw noemt hij de weergave van de mens als individu als zijn hoofdthema. Hij werd het meest beïnvloed door een West-Europese traditie die begint met Griekse en Romeinse kunst. De twee wereldoorlogen die hij meemaakte, maakten hem nog meer bewust van het belang van vrijheid en individualiteit. Ook als kunstenaar blijft hij trouw aan zijn eigen visie op schilderen. De visie op schilderkunst verandert sterk in de 20e eeuw. Steeds meer wordt het schilderij als een plat object gezien, waarbij de weergave van ruimte enkel een overbodige kunstgreep is.
meer lezen, ga naar http://www.LeaNieuwhof.info/weblog/84/Wie-das-the-nothingness-of-Menschen-so-gewaltig-sein-kann