Lea Nieuwhof

beeldend kunstenaar

“Wie das the nothingness of Menschen so gewaltig sein kann”

Als schilder verzet hij zich tegen deze visie. De weergave van de mens in zijn eigen hem omringende ruimte is voor hem belangrijk. Ruimte ziet hij als een onmisbaar product van de menselijke verbeelding.
Lijnen
De werken op de expositie zijn in grote lijnen chronologisch geordend. Naast schilderijen zijn er tekeningen en grafisch werk te zien.
Zijn eerste modeltekeningen zijn gemaakt met een heldere strakke potlood lijn die de contour van het lichaam samenvat en met een zachte heel lichte aquareltoon gewassen. In houtsneden (1906) in het boek Die träumenden Knaben (uitgave 1917 )wordt een heldere expressieve zwarte lijn gecombineerd met strakke kleurvlakken in primaire kleuren. De houtsneden maakte hij terwijl hij nog studeerde aan de    Kunstgewerbeschule in Wenen  in opdracht van Fritz Waerndorfer . Deze bestelde een sprookjes boek voor zijn kinderen, maar het werd een verhaal over de ontluikende sexualiteit van adolescenten. Een beeld van Georg Minne uit de collectie van het Boijmans toont dezelfde puurheid en schoonheid in het lichaam van een jongen op het punt om volwassen te worden. In  de manier waarop de ruimte nog plat weergegeven wordt, de aandacht voor herhalende patronen en decoratieve vormgeving, zijn de invloeden van de Wiener Werkstatte en zijn leraar Gustav Klimt  zichtbaar.
Kleur en handschrift
De helderheid van lijn en vlak en de pure sterke kleuren van de houtsneden zijn verdwenen in de eerste portretten in olieverf. Vaag blijven nog restanten zichtbaar van een lijn. Meestal lost de lijn op in een ongedefinieerde achtergrond en een vlak dat vol kleuren en beweging is. Plooien en schaduwen worden expressieve vlekken en penseelstreken. Soms overheerst de lijn nog doordat hij dik en donker is of wordt de beweeglijkheid van de vlakken getemperd doordat er een kleur overheerst. De kleuren worden donkerder en zo gemengd dat er een bruinige grijzige sfeer ontstaat.
Telkens zoekt hij in zijn portretten naar een weergave van de persoonlijkheid en van de ruimte waarin de mens zich beweegt. Dat is voor hem niet alleen de fysieke ruimte, maar ook de geestelijke ruimte of het aura, de uitstraling van een persoonlijkheid. Terwijl houding en plaatsing van hoofd en romp in een aantal doeken uit de vroegere periode nog een zekere starheid over zich hebben en een conventionele plek in de compositie, zijn de handen van zijn modellen vol beweging. Vingers leiden een eigen nerveus en beweeglijk leven. Kleurige penseelstreken, dikke en dunne verf, schrale stukken doek staan naast de trefzekere suggestie van details als een scherpe vrouwennagel. Later worden de houdingen meer ongedwongen. Hij schildert en tekent zijn modellen bij voorkeur als ze met iets bezig zijn. In het portret van Karl Kraus hangt deze onderuitgezakt aan een tafel terwijl hij heftige gebaren maakt met zijn handen naar zijn gesprekspartner.
Flatterend zijn de portretten niet. De kleuren zijn grauw en donker, een gezicht wordt gelig of krijtachtig roze. Een opgetrokken lip toont tanden. Herkenbaar zijn ze wel. In het streven om iemand te schilderen in zijn eigen sfeer van kleur en materie gaat hij soms zover dat hij alle verf weer van het doek verwijdert. In  het portret van Auguste Forel  geven de droomachtige sfeer van vage kleurresten en de wittige weggekraste lijnen van de tekening  het eigenzinnige karakter  van de entomoloog en neuroloog  weer. Veel van de afgebeelde figuren zijn mensen met een sterke eigen sfeer. Zijn vriend Adolf Loos, architect van het modernisme brengt Kokoschka in contact met deze kunstenaars, musici en intellectuelen. Hij koopt veel portretten, wanneer die niet worden aangekocht door de geportretteerde en wordt op deze manier een belangrijke verzamelaar van zijn werk en een stimulerende figuur in het leven van Kokoschka.
In latere periodes wordt de kleur helderder en intenser. Zachte harmonische tinten overheersen in een dubbelportret dat hij schildert van zijn geliefde Alma Mahler en zichzelf. Briljante kleuren  en dikke lagen verf, die rustiger opgebracht lijken gebruikt hij vooral in het werk dat hij schilderde toen hij directeur was aan de kunstacademie van Dresden. Verf wordt dunner en kleuriger. 
In de manier van schilderen herken je zijn tekenstijl.  Uit een zich herhalende de vorm aftastende kluwen lijnen ontstaat de unieke uitdrukking van een gezicht. Nooit wordt geprobeerd naar een bepaald resultaat toe te werken. Graag maakt hij snel en direct hij schetsen en aquarellen naar bewegende modellen.  In 1953 sticht hij de Internationale Sommerakademie für Bildende Kunst. Hij noemt zijn instituut „Schule des Sehens“. Mensen hun eigen ogen leren gebruiken, leren zien, is zijn belangrijkste streven.


 

wat zien wij als we naar de werkelijkheid kijken?

Voor de fotograaf Man Ray is licht een onderdeel van het fotografische proces. Dat kan de belichting van het onderwerp zijn of het experiment in de donkere kamer.


Medardo Rosso (1858-1928)
 “Photography is a ground-breaking invention, but it is the most harmful thing for perception.” (Medardo Rosso)
De beelden van Medardo Rosso worden langzaam zichtbaar voor de rondlopende toeschouwer. Ze zijn verborgen in schijnbaar ongedefinieerde ruwe klompen klei. Zijn sculpturen houden het midden tussen een bewogen verfrommeld blad of een kluit aarde. De vorm lijkt soms op een reliëf, gemaakt met de 2 dimensionale blik van een schilder. Het half hoge portret van de verzamelaar Henri Rouart lijkt uit een schilderij gesneden. Aan de achterkant is de houten stellage nodig om de vorm overeind te laten staan duidelijk zichtbaar.
 In de 19e eeuw werden kunstenaars bewust gemaakt van de beperkingen van onze waarneming. We nemen enkel het beperkt gebied waarop we focussen, scherp waar. De omgeving buiten ons blikveld is vaag en onscherp. Rosso’s beelden neem je op dezelfde manier waar. Zijn werk is maar vanaf een punt optimaal te bekijken. Bij Femme à la voilette /Vrouw met voile kijk je van onder af in haar vage gezicht alsof je iemand vluchtig ontmoet die omlaag gaat. De ronding van een wang, het uitstekende van een neus, het gebogen vlak van voorhoofd, een vermoeden van een oogopslag worden gesuggereerd, terwijl wij er om heen een grove beweeglijke structuur zien. De lichtval is een van de belangrijkste middelen die hij gebruikt om de vormen van zijn beelden zichtbaar te maken. De voorstelling beweegt zich in het grensgebied tussen het vormeloze en het tot vaste vorm gestolde beeld. Veel van de afgebeelde figuren hebben iets anoniems. Een kind, een vrouw, mensen in een bus, een glimp tussen vele alledaagse indrukken, die onopgemerkt aan je voorbijgaan in het dagelijkse leven.
Er bestaan verschillende versies van zijn beelden uitgevoerd in diverse materialen. Hij experimenteert op verschillende manieren met materiaal en techniek. Over een gipsen ondergrond wordt een laag gele of donkere was aangebracht. Het oppervlak wordt verzacht, vager en halftransparant. Beelden worden niet alleen uit brons gegoten maar ook met was.
Zijn tentoongestelde foto’s zijn klein en onooglijk. Ze worden op allerlei manieren bewerkt in zijn zoektocht naar het ene moment. Hij beschildert ze, knipt overbodige delen weg en vergroot details uit. De foto van een foto van een beeld wordt nog vager dan het beeld zelf. Een eventuele scherpte haalt hij eruit door in te grijpen in het ontwikkelproces. Als een schilder benadrukt hij de relatie tussen het zachte overbelichte gemodelleerde deel en het ruwe ongevormde materiaal er om heen. Verder fotografeert hij collages, waarin hij zijn werk combineert met werken van collega’s als Rodin of verschillende gezichtspunten onderzoekt.


Brancusi ( 1876-1957)
“ Er zijn idioten die mijn werk abstract noemen. Dat wat zij abstract noemen is het meest realistische. Het echte is niet het zichtbare maar de idee, de essentie van dingen.”
In tegenstelling tot het enkele intieme moment waarin je een optimale indruk van Rosso’s beelden krijgt, laten de gladde hoogglanzend gepolijste beelden van Brancusi zich trots van alle kanten bekijken. Licht en spiegelingen verbreken de vastheid van de vorm. Soms versterken ze een gevoel van onstoffelijkheid en loskomen van het aardse materiële. Een overbekend voorbeeld daarvan is Vogel in vlucht.
De beelden staan op sokkels die samengesteld zijn uit stapelingen van ruimtelijke vormen uitgevoerd in verschillende materialen. Op een grof gehakte houten vorm die bestaat uit een herhaling van halve cilinders ligt een scherp omlijnde blok zandsteen. Daarop staat het beeld L’oiselet, vogeltje. Het brons is gepolijst en glanzend. Een bolle ruimtelijke vorm loopt spits uit. Een afgeplat vlakje suggereert het opengesperde bekje.
Brancusi is geboren en opgegroeid in Roemenie. Opgeleid als houtbewerker en in de klassieke academische traditie vertrekt hij op 28 jarige leeftijd naar Parijs. Motieven uit de Roemeense houtsnijkunst en volkskunst, verwerkt hij onder andere in de sokkels. Van een beperkt aantal thema’s waaronder vogels, vrouwenportretten, hoofden maakte hij in materialen als hout steen, brons, marmer meerdere versies. In plaats van boetseren en afgieten, hakt hij graag direct in steen, hout en marmer. Hij laat zich vooral leiden door een zoektocht naar de essentie van het dier of de persoon en door een streven naar een sublieme gespannen ruimtelijke vorm. Details worden weggelaten. Het oppervlak wordt glad. Leda (en) de zwaan, staat op een glanzende spiegelende cirkelvorm. De romp bestaat uit een asymmetrische eivorm waarop een naar boven breder uitlopende platte vorm hals, kop en snavel verbeelden. Man Ray leerde  Brancusi fotograferen en filmen. Een kleine video aan de muur, laat zien hoe het beeld langzaam ronddraait. Vanuit elk standpunt blijft de vorm spannend. Geleidelijk vloeien de verschillende aanzichten van de vorm in elkaar over. 
Alleen Brancusi mag foto’s van zijn werk maken en verspreiden. Hij is zich bewust hoe de blik van de kijker door een foto wordt beïnvloed. Het oorspronkelijk doel van de foto’s, namelijk een mogelijke koper een beeld te geven van het werk, verdwijnt naar de achtergrond. Hij gaat steeds meer de mogelijkheden ontdekken om door de plaatsing in de ruimte, door de lichteffecten en door de combinatie van beelden, zijn visie te benadrukken. Op een foto zweeft zijn bekende abstracte beeld “vogel in vlucht” boven de chaos van de blokken materiaal, hout en steen in de hoek van het atelier. Steeds meer gaat hij de ordening van beelden in zijn atelier regisseren tot een ritmische afwisseling van licht en donker en tot betekenisvolle combinaties van werken.


Man Ray (Emmanuel Radnitzky 1890-1976)
 "There is no progress in art, any more than there is progress in making love. There are simply different ways of doing it."
Black en White, de foto van Man Ray, waarop het model Kiki de Montparnasse is afgebeeld met een Afrikaans masker echoot het liggende eivormig beeld, La muse endormie van Brancusi. Afgezien van deze overeenkomst ademen zijn beelden en foto’s een totaal andere sfeer.
In tegenstelling tot het ambachtelijk werkproces en het zoeken van Brancusi en Rosso  benadrukt Man Ray het experiment en toevallige vondsten zoals een strijkijzer beplakt met een rijtje spijkers of een metronoom met een altijd toekijkend oog. De ingepakte voorwerpen van L’enigme de Isidore Ducasse. (Isidore Ducasse in de 'Chants de Maldoror': "Schoon als de toevallige ontmoeting op een snijtafel van een naaimachine en een paraplu”) krijgen pas betekenis wanneer je kennis hebt van de achtergronden en denkwereld van de kringen waarin Man Ray zich bewoog. Hij was actief als fotograaf, schilder, filmer en maker van assemblages en objets trouves en maakte deel uit van de surrealisten en dadaïsten.
De meeste bekendheid heeft hij gekregen als fotograaf. In zijn donkere kamer ontdekte hij de mogelijkheid om beelden te maken door fotopapier bedekt met objecten direct te belichten. Voor deze Rayographs gebruikte hij voor de hand liggende alledaagse spullen. Ook maakte hij veel gebruik van solarisatie, een overbelichting van de donkere delen van een foto.
Maar net als Brancusi en Rosso doet hij in zijn werken een voorstel om de werkelijkheid op een nog onbekende manier te beschouwen.

 

 

De Onderzeebootloods. Talking about painting

Klaas Kloosterboer, breken en bouwen

Klaas Kloosterboer sluit de toeschouwer in en de wereld van de loods wordt buitengesloten. In de rechterhal heeft hij een in een rechthoek lopende rail bevestigd aan het plafond. Hieraan hangen zijn werken. Grote rechthoekige lappen (circa 4 x 10 m) zijn losjes gespannen op een iel houten raam met maar één dwarslat. Ze worden afgewisseld met objecten als zelfgemaakte jasvormen, handschoenen en in frustratie tot proppen verfrommelde doeken. Langzaam zweeft alles voorbij de toeschouwer die in het midden van de rechthoek plaats kan nemen op een houten eiland. Een tweede laag, bestaande uit gelijke rechthoeken, hangt stil achter de bewegende vormen. De dubbeldraads geweven linnen lappen zijn beschilderd met lakverf in pure kleuren en een paar bruinen en zwarten. De verf glimt en in de laag zie je vage sporen van het gereedschap waarmee alles is opgebracht.

In een aantal doeken zijn cirkelvormige gaten gemaakt. Soms vormen ze woorden als 'reverse', 'I', 'you'. De cirkelvorm wordt in veel composities gebruikt. Met een simpele ingreep als het weglaten van een rondje doorbreekt hij een patroon. De objecten zijn gemaakt door doeken opnieuw te gebruiken. De kunstenaar wil met de jassen de verbeelding van de toeschouwer op gang brengen. Hij hoopt dat je dronken en duizelig wordt van het schouwspel dat ontstaat als alles langzaam voorbijtrekt. Er ontstaan telkens nieuwe combinaties van kleuren. Woorden lichten op en verdwijnen. Op de achtergrond hoor je een dof gedreun. Klaas Kloosterboer wil geen concurrentie aangaan met een grassprietje. Voor hem gaat kunst eerder over ideeën dan dat het schoonheid is. Kunst is een middel om de schoonheid van de schepping te ervaren. Door vernietiging of afwijzing van bestaande denksystemen in de schilderkunst hoopt hij energie vrij te maken om onbetreden paden te vinden.

 

Jim Shaw, Dream, rinse, clean.

In het labyrint dat Jim Shaw heeft opgebouwd, door zijn doeken en objecten kris kras door de ruimte te plaatsen, dwaalt de toeschouwer van een rivier met luchtgeesten via een plastic explosie naar een spiraalvormige berg, met Märklin huisjes en silhouetten voor een coulisselandschap van achter elkaar geplaatste doeken. Hij schildert op grote mousseline decordoeken, afkomstig uit theaters in Hollywood. Hij gebruikt de klassiek-romantische afbeelding op de doeken als achtergrond voor zijn surrealistische vertellingen. Voor het Capitool in Washington vindt een gigantische plastic explosie plaats. Geordend zweven huishoudelijke apparaten zoals een broodrooster, tv, stofzuiger voor de paddenstoelwolk. De kunstenaar spreekt over de Apocalyps van onze beschaving, die om te kunnen produceren grote groepen mensen uitbuit. Op een ander doek is in een vierkante vorm het binnenwerk van een ouderwetse wasmachine te zien. In de waterbubbels draaien lappen rond en buiten het vierkant zweven lichaamsloze vrouwenkapsels, daterend uit de jaren '50 en '60. Gebruiken we de tijd die wij krijgen door apparaten goed of besteden we ze aan uiterlijkheden? Bevrijdt een machine ons of worden we er afhankelijk van? Tegelijk roept het schilderij vage herinneringen op aan een 'Fountain of Life', een centrale plaats waar vrouwen bij elkaar komen.

 

Jim Shaw is op verschillende gebieden actief. Naast zijn activiteiten als schilder, maakt hij objecten geïnspireerd op dromen, speelt hij in een band en heeft hij een eigen religie (het Oisme)gecreëerd.

 

Chris Martin. Mondriaan, paddenstoelen of toch Amy Winehouse?

Chris Martin is de kunstenaar die de ruimte van de Onderzeebootloods het meest in zijn waarde gelaten heeft. Verspreid aan de wanden, hoog en laag hangen zijn doeken. Sommigen zijn  XXXlarge, andere heel klein.

 

In een vitrine liggen drie boeken. Een Verkade-album met plaatjes van paddenstoelen, een boek over Mondriaan, De Stijl en over Bas Jan Ader (In Search of the Miraculous) als eerbetoon aan thema’s en voorbeelden die belangrijk zijn voor de kunstenaar. Hij is opgeleid door kunstenaars van het minimalisme, gefascineerd door de geestverruimende mogelijkheden van paddenstoelen en voelt zich aangetrokken tot het idee van de romantische held.

 

Zijn grootste schilderij concurreert met de ruimte door kleur, strakke uitvoering en formaat. In een donkere achtergrondvorm lichten rode vierkanten en gele stippen op. De voorstellingsloze compositie kan toch associaties oproepen met een plattegrond of een grote poort. De strengheid van deze op het minimalisme gebaseerde beeldtaal wordt doorbroken door foto’s en objecten die zijn toegevoegd. Een portret van Amy Winehouse zweeft hoog boven alles. Langs de rechterzijkant zijn afbeeldingen van Amerikaanse vogels te zien. Bij de benedenrand vind je onder andere lottotickets en een afbeelding van een andere leermeester van de kunstenaar, Ronald Bladen. Een kleine versie van het doek hangt ergens aan een andere muur. Veel afbeeldingen duiken in verschillende werken op. Een ter plekke gemaakt doek heeft zich aangepast aan de muur. Er zijn gaten als deur en raam in uitgespaard. Geschilderd met veel glitter over een vergrote afbeelding van bomen, is alleen een krantenstukje over bliksem nog herkenbaar in een vage glinsterende zee. Het doek is zo gehangen dat de zon er vol op valt. Het lijkt geschilderd door de loods zelf.

 

Voor Chris Martin is een schilderij gekanaliseerde energie. Hij zoekt naar een diepere en wijdere blik op de alledaagse werkelijkheid. Er zijn geen schilderkunstige dogma’s waarmee hij de wereld die in hem leeft buiten zijn schilderijen sluit.

 

Onderzeebootloods - XXXL Painting, t/m 29 september 2013, Museum Boijmans van Beuningen, Museumpark 18, Rotterdam. Website: www.boijmans.nl.